Gedichten van de Zee


ZEE.

Ik wil alleen zijn met de zee,
ik wil alleen zijn met het strand,
ik wil mijn ziel wat laten varen,
niet mijn lijf en mijn verstand.

Ik wil gewoon een beetje dromen
rond de dingen die ik voel
en de zee, ik weet het zeker,
dat ze weet wat ik bedoel.

Ik wil alleen zijn met de golven,
'k wil alleen zijn met de lucht,
ik wil luist'ren naar mijn adem,
ik wil luisteren naar mijn zucht.

Ik wil luist'ren naar mijn zwijgen,
daarna zal ik verder gaan
en de zee, ik weet het zeker,
zal mijn zwijgen wel verstaan.

Toon Hermans.


DE ZEE

De zee kun je horen
met je handen voor je oren,
in een kokkel,
in een mosterdpotje,
of aan de zee.

(Judith Herzberg)


Waaiende wuivende golven,
Land onder water bedolven,
beukend, brekend, spattend uiteen,

De zee is geweldig als geen één,
Ze is machtig,
Ze is krachtig,

Na de storm de rust,
De zee en de kust likken hun wonden,
Resten op het strand gevonden,

De baren bedaren,
De zee zal de vrede bewaren,
Tot een volgende keer,
Dan raast ze weer,
Waarna de lucht opnieuw zal klaren.

Marc Philippart


AAN ZEE

Ik keek met moeder naar de zee.

We zaten zwijgend met ons twee:
mijn moeder en ik. En de zee.

De zee leek een getemde leeuw.
Boven dreef een enkele meeuw.

We deelden elkaar ons leven mee:
mijn moeder en ik. En de zee.

Leo Mesman


ZEEGRAF

Als ik doodga
laat me dan ontwaken
in de zee met boven
mij de schependaken

Als ik doodga
laat me dan de zee
vertalen en zingen
in schelpenschalen

Zo wil ik wiegen,
waken, helpen
en zijn: de zee, het zand,
de schaduwen op de schelpen.

Gilbert Stynen


ALS IK DE DAGEN TEL

En als ik de dagen tel
met schelpen in mijn kleine hand
de dagen van mijn moeders deken
als een baken op het strand

In haar jurk met zwarte cirkels
naast ons broze zandkasteel
uitkeek over de kantelen
wolven terugjoeg naar de zee

Waar mijn vader pootje baadde
in zijn zondagse kostuum
naakt tot aan zijn witte knieën
bleef zijn ziel niet ongezien

En de zee de dagen telde
van het eendagsvliegenfeest
spatte ik mijn zusje onder
had het leven eeuwig lief.

Femmy Funcke


Stilstaan aan de zee
En voorbij laten gaan
Zelf zee zijn
En niets weten
Niets en iets golven voort
En glimlachen tegen elkaar
Stilstaan aan de zee
En kijken naar de wolken.
Sta ik nou stil?
Of ga ik verder?
Nee.
De wolken gaan
En gaan
En gaan...
Die witte vond ik mooi
Die witte van daarnet.

Deze tekst komt uit een boek van Graham Green,
Travels with my aunt (1969)

TOP
HOME